Cornélie de Retz van Loo, een mooie, jonge vrouw neemt haar intrek in pension Belloni in Rome. Zij is op 22-jarige leeftijd met Baron Rudolf Brox in Den Haag getrouwd, maar al na een jaar van hem gescheiden. ‘Hij maakte haar niet meer het hof, maar reageerde dadelijk grof. Een man die zijn rechten hierop en daarop opeiste, met nu een vloek en dan weer een donder. Zij reageerde hierop zonder enige tact en zonder enig geduld om nog wat van hun levens te maken. Misschien zou er nog wat van te maken zijn. Zij werd nerveus en driftig. Daardoor barstte hij in woede uit, zodat hij haar mishandelde, uitschold, sloeg, schudde en tegen de muur kwakte.’
Cornélie heeft een klein vermogen, waardoor zij als onafhankelijke vrouw kan leven. Ze wordt in Rome verliefd op Duco van der Staal, een jonge Nederlandse kunstenaar die weinig te doen heeft. Hij zegt: ‘Niets. Ik doe niets, ik besta.’ Cornélie zoekt echter naar een doel in haar leven en richt zich op de vrouwenkwestie. Zij schrijft een brochure over de maatschappelijke toestand van de gescheiden vrouw.
Na bijna twee jaar duikt haar ex-man op en eist haar onder ernstige bedreigingen terug.
Louis Couperus schetst een indringend beeld van Cornélie de Retz van Loo. Met gevoel, inlevingsvermogen en oog voor detail beschrijft hij de getraumatiseerde Cornélie die reageert uit angst.
- Het is nog steeds een genot om je als lezer onder te dompelen in de taal, de melodie en de beeldenrijkheid van Couperus. (Den Haag Centraal)
- Fijnzinnig hertaald (NRC)
- Kroezemann is erin geslaagd de authentieke Couperussfeer in frisse taal te vangen. (Fries Dagblad)
- Een subtiele aanklacht tegen vrouwenmishandeling ***** (Opera Magazine)
Albert Kroezemann (Spijkenisse, 1963) studeerde Nederlands aan de Hogeschool Rotterdam. Op dit moment is hij werkzaam als teamleider brugklassen vwo en havo op het DevelsteinCollege in Zwijndrecht. Daarnaast is hij verbonden aan het Louis Couperus Museum in Den Haag. In het herdenkingsjaar 2023 zal Naar Indiës blauwe bergen, op reis met Louis Couperus verschijnen, geschreven door Albert Kroezemann.
Langs lijnen van geleidelijkheid